De zomers van de afgelopen jaren zijn extreem droog geweest en gingen gepaard met hoge temperaturen. Als we het KNMI mogen geloven, lijkt 2020 in dat opzicht niet veel anders te gaan verlopen. Sterker nog, het landelijk neerslagtekort is nu al groter dan ooit en het spaarzaam omspringen met water is cruciaal. Maar hoe dan om te gaan met het watergeven van de jonge aanplant van bomen en beplanting waarvoor nauwgezet watergeven juist van groot belang is?
Jonge aanplant tot drie jaar oud heeft extra zorg nodig. Bij 90% van de bomen en planten die het binnen de eerste drie jaar niet redt, zijn vochtproblemen de grootste boosdoener. Dit kan een tekort zijn aan bodemvocht of juist een overdaad. Indien de bomen of de beplanting het niet redden, moeten deze opnieuw worden aangeplant wat hoge kosten met zich meebrengt.
Om de vochtomstandigheden voor deze jonge aanplant zo optimaal mogelijk te houden, maken wij gebruik van vochtsensoren. Deze sensoren geven op afstand inzicht in het vochtgehalte van de bodem. Wanneer blijkt dat dit vochtgehalte te hoog of te laag is, kunnen maatregelen worden getroffen om efficiënt water te geven. Zo kan bij een tekort aan bodemvocht de aannemer worden ingelicht om water te geven. Bij een teveel aan bodemvocht kan juist worden aangegeven dat bewateren niet nodig is om zodoende de aanplant te sparen en waterverspilling tegen te gaan.
Tegelijkertijd fungeren de vochtsensoren als toezicht op de watergeefbeurten. Uit de data die de sensoren verzamelen, is namelijk ook af te lezen wanneer de bomen of beplanting water hebben gehad. Zo is er meer controle op het handelen van de aannemer, maar kunnen er ook afwijkingen worden geconstateerd met betrekking tot de technische staat. Wanneer de aannemer wel water heeft gegeven, maar dit niet blijkt uit het vochtgehalte van de bodem, kan hieruit worden geconcludeerd dat het water wellicht vanwege een technisch mankement niet bij de beplanting terecht is gekomen. Er kunnen herstelwerkzaamheden worden uitgevoerd waarna vervolgens het gewenste resultaat weer behaald kan worden.
Externe factoren die invloed hebben op de vochtbalans van de bodem zijn de grondsoort en de hoogte. Zo houdt niet elke grondsoort het vocht even goed vast en is het bodemvocht uit hoger gelegen gronden eerder weggezakt dan uit lager gelegen gronden. Deze factoren, samen met de hoeveelheid water die gegeven wordt, bepalen de vochtomstandigheden die cruciaal zijn voor bomen en beplanting van met name twee à drie jaar oud.
Met een advies op maat waarin alle data verwerkt is met betrekking tot het vochtgehalte, de grondsoort en terreinhoogte, kan een optimale vochtbalans van de bodem worden gecreëerd, zodat de jonge aanplant van bomen en beplanting goed gedijt ten tijde van droogte en waterverspilling wordt tegengegaan.